Sinds een paar weken ben ik als vrijwilliger betrokken bij het project Draden van ons slavernijverleden. Het doel van dit project is in iedere provincie een monumentaal wandkleed te maken over de geschiedenis van het slavernijverleden. En jij kunt meedoen!
Draden van ons slavernijverleden
Sinds enkele weken ben ik als vrijwilliger communicatie actief bij het project Draden van ons slavernijverleden (DvONS). Een heel gaaf project dat is geïnitieerd door Ricardo Burgzorg van Villa Maecenitas. Hij heeft het project opgezet nadat hij een paar jaar geleden door de Stichting Groninger Kerken werd betrokken bij een project rond het slavernijverleden van de provincie. De stichting wilde iets tastbaars doen met de resultaten van het onderzoek naar de betrokkenheid van de provincie Groningen bij de slavernij en Ricardo kwam met het idee om een monumentaal wandkleed te laten ontwerpen door een kunstenaar en te laten uitvoeren door vrijwilligers. Zo gebeurde het ook.
Omdat het slavernijverleden de laatste jaren erg in de belangstelling staat en de provincies onderzoek doen naar hun eigen aandeel in dat stuk moeilijke geschiedenis, ontstond het idee om soortgelijke tapijten ook in andere provincies te laten uitvoeren. Met als gevolg dat er nu in meerdere provincies wordt gewerkt aan meterslange wandkleden die iets vertellen over een geschiedenis die lange tijd buiten de boeken is gehouden. Dat het belangrijk is om dit toch onder ogen te zien, blijkt wel uit het feit dat er landelijk veel aandacht voor is en dat er ook officieel excuses zijn aangeboden door de Nederlandse overheid. Het is nodig om de waarheid boven tafel te krijgen en het verleden onder ogen te zien om te helen en samen verder te kunnen. Het is nadrukkelijk niet een project dat draait om een schuldvraag of zoiets, maar het gaat over eerlijke geschiedschrijving. Al met al is het een omvangrijk en mooi project en ik ben heel blij en dankbaar daaraan mee te werken.



Het belang van tapijten
Wat ik heel gaaf vind aan dit project is dat het best pittige thema in textiel wordt weergegeven. Tapijten zijn van oudsher objecten waarin belangrijke, historische gebeurtenissen werden vastgelegd. Een heel bekend voorbeeld daarvan is het Tapijt van Bayeux, maar ik herinner me ook wandkleden in de Aula van de Universiteit Utrecht – waar ik gestudeerd heb – en je vindt ze in heel veel meer historische gebouwen terug. Tapijten zijn kostbare en belangrijke objecten die vragen om vakmanschap. De wandkleden binnen DvONS zijn enorm: 35 meter breed en 2.50 meter hoog. Dat geeft een zekere importantie aan het onderwerp en het is ook een belangrijk thema, dus het past er helemaal bij. Het ontwerp wordt gemaakt door kunstenaars, maar het maakproces ligt in de handen van vele vrijwilligers en wordt voorbereid door de coördinatoren. Zij bepalen in overleg met de ontwerpers welke materialen en technieken gebruikt worden bij de vervaardiging van de wandkleden. Een heel proces van onderzoek, materialen uitzoeken en technieken uitproberen en ervoor zorgen dat het uitgevoerd kan worden door de vele helpende handjes in heel verschillende instellingen; van grote kerken tot musea en bibliotheken. Iedere provincie heeft een uniek ontwerp en ook de manier van werken wijkt af. In Zuid-Holland – het project dat voor mij letterlijk dichtbij is en waaraan ik ook als handwerkster meewerk – heeft coördinator Caroline Grootenboer er bijvoorbeeld voor gekozen om delen van de stoffen die verwerkt worden in het tapijt te vervaardigen door lontwol tot lappen te vilten. In andere provincies wordt meer gebruik gemaakt van tuften en borduren en zo worden er overal andere accenten aangebracht.

Viltalong in de Grote Kerk
Als aftrap van het maakproces van het Zuid-Hollandse wandtapijt had Caroline een heuse Viltalong georganiseerd in de Grote Kerk in Den Haag, Een prachtige, ietwat koude, locatie om aan de slag te gaan en stroken lontwol om te toveren tot prachtig gemêleerde lappen stof. Overal stonden tafels met vrouwen erom heen, die plukjes wol op bubbeltjesplastic aan het leggen waren om die vervolgens met heet water en zeep nat te maken en op te rollen. Ik had mijn vriendin Daphne uitgenodigd met wie ik jaren geleden regelmatig naar Vrolijk werk ging. Dat was een super leuke plek, een dagbesteding voor vrouwen met een afstand tot de arbeidsmarkt. We verwerkten er schapenwol tot producten van vilt. We deden er alles zelf; het verwijderen van strootjes en modderklonten uit de wol, het wassen en verven en kaarden en dus ook het vilten van de wol. Daphna was er een echte expert in geworden en er liepen gelukkig meer vrouwen rond met viltervaring. Zij hielpen de vrouwen voor wie vilten wat minder bekend was en zo werd er twee dagen gevild, terwijl de bezoekers van de Grote Kerk er gewoon omheen – of tussendoor – liepen. Het was niet alleen een gezellig samen-zijn, maar ook een prachtig gezicht met al die mooie kleuren wol. Caroline had alles super geregeld, dus de juiste kleuren ontstonden en de lappen die gemaakt zijn, zullen verwerkt worden in het tapijt.

Doe je mee met DvOns?
Het vilten van de lappen stof is nog maar het begin van het hele maakproces. De lappen worden op maat geknipt en in een patroon gelegd en met een zwarte bies omrand. Er zal worden geborduurd en getuft en weet-ik-wat-nog-meer. Dat zal allemaal nog maanden in beslag nemen. Het werken gebeurt niet alleen in de Grote Kerk in Den Haag. Ook in Leiden, Dordrecht, Delft en waarschijnlijk ook Rotterdam zijn locaties waar je mee kunt helpen. Je kunt alle data en locaties vinden op de website van DvOns. Die wordt uiteraard steeds bijgewerkt. We kunnen echt heel wat vrijwilligers gebruiken en ervaring is geen vereiste. Kom vooral gezellig meedoen!

Mooi om op deze manier een stuk geschiedenis onder de aandacht te brengen.